Hoe we diensten maken die goed zijn voor mensen

A presentation at None in June 2024 in by Maike Klip

Slide 1

Slide 1

Hoe maken we diensten die goed zijn voor mensen?

Welkom bij mijn presentatie over mijn promotieonderzoek: hoe maken we diensten die goed zijn voor mensen. Ik geef deze presentatie bij het beleidsoverleg CRI op 25 juni 2024, in Amersfoort.

Slide 2

Slide 2

Mijn naam is Maike. Ik doe dit onderzoek vanuit de TU Delft, faculteit Industrieel Ontwerpen, samen met publieke dienstverleners zoals DUO en CJIB. Ik werk zelf al 10 jaar bij de overheid en heb meegewerkt aan verschillende overheidsdiensten, zoals de studiefinanciering bij DUO en de bestrijding van het coronavirus bij het ministerie van VWS. Ik combineer op dit moment dus mijn ambtenaar zijn met de wetenschap. Sinds 2017 hou ik een blog bij over mijn werk.

Je kunt mijn onderzoek volgen via mijn blog of door je te abonneren op mijn maandelijkse nieuwsbrief.

Slide 3

Slide 3

Hier gaan we het vandaag over hebben

  • Wat ik wil onderzoeken en waarom De theorie over goede overheidsdiensten en hoe je ze maakt
  • De praktijk: bij het programma Clustering Rijksincasso
  • Manier van onderzoeken: open actie onderzoek
  • Tijdlijn

Slide 4

Slide 4

Waarom ik dit wil onderzoeken

Als ambtenaar die werkt aan digitale diensten voor burgers heb ik een paar jaar geleden zelf eens bijgehouden: wat maak ik zelf allemaal mee met de overheid? Dit plaatje is er een schematische weergave van. Van al mijn interacties speurde ik op welke systemen en processen er bij de overheid achter zitten. Welke organisaties zijn ermee bezig en welke wetgeving zit hierachter? En wat is de bedoeling van die wetgeving? Pakt die onderaan de lijn bij mij ook zo uit als dat was bedoeld?Ik publiceerde de grote kaart op mijn blog en kreeg veel reacties.

Ik leerde allerlei dingen maar vooral dat dit de status quo is als het gaat om dienstverlening van de overheid. Waarden worden vertaald in wetten en gaan via computersystemen naar burgers. Je ziet heel duidelijk dat alles z’n eigen lijntje heeft. Maar bij mij kwam alles samen.

Als maker van diensten zelf zat ik vaak helemaal aan het eind, net voor de burger. Ik vond het lastig dat we bij de overheid zo vaak strugglen met het werken vanuit de burger. Kan dat ook anders?

Slide 5

Slide 5

Zo begon ik mijn onderzoek. Hoe kunnen we echt vanuit het perspectief van de burger werken en wat betekent dit voor onze manier van werken. Daar wil ik achter komen met mijn onderzoek.

Slide 6

Slide 6

Daar horen de volgende onderzoeksvragen bij:

  1. Hoe ontwikkelen overheidsdienstverleners hun diensten nu?
  2. Wat helpt en hindert hen bij het maken en leveren van mensgerichte diensten?
  3. Hoe kunnen zij hun bekwaamheid ontwikkelen in het mensgericht ontwerpen van diensten?
  4. Hoe beïnvloedt het iteratief en open communiceren van bevindingen uit een actie-onderzoeksproject het verloop van het project?

Slide 7

Slide 7

Ik doe dat vanuit 3 overlappende onderzoeksgebieden. Design, dat is in Delft mijn thuisbasis (de gele bol). Ik werk samen met het Service Research Centre van de Universiteit van Karlstad (de rode bol) en ik zoek regelmatig contacten met bestuurskundige faculteiten in Nederland, zoals de USBO in Utrecht, Erasmus Rotterdam en de faculteit Rechtsgeleerdheid van de RUG in Groningen.

Slide 8

Slide 8

De democratische bureaucratische cyclus

In mijn onderzoek gebruik ik, wat ik noem, de ‘democratische bureaucratische cyclus’. Hij heeft 2 assen. De horizontale as heeft links het collectief en rechts het individu. De verticale as heeft boven de systeemwereld versus onder de leefwereld. Dit geeft ons 4 kwadranten, en ik neem ze een voor een met je door.

Slide 9

Slide 9

Systeemwereld / collectief: De volksvertegenwoordiging bedenkt samen met regerende partijen hoe de samenleving moet zijn. Collectieve waarden worden vastgelegd in wetten en vertaald naar interventies die de collectieve waarden moeten realiseren (vastgelegd in beleid).

Slide 10

Slide 10

Systeemwereld / Individu: Die interventies worden uitgevoerd en ingepast in bestaande regelingen en diensten, door overheidsuitvoerders en/of private dienstenaanbieder. Denk aan: de stufi wordt overgemaakt, de hybride warmtepomp geïnstalleerd, maar ook de treinen die rijden. Veel gaat geautomatiseerd of wordt ondersteund door digitale processen, vandaar het zacht zoemende datacenter.

Slide 11

Slide 11

Leefwereld / Individu Zo’n dienst staat niet op zichzelf maar gebeurt in context. Ik vraag subsidie aan voor een warmtepomp voor mijn huis waar ik samen met mijn man woon in een straat met buren. Ik heb familie, vrienden, ik zit in een bepaalde levensfase. Dit heeft allemaal invloed op de interactie en wat ik nog meer nodig heb om in dit geval mijn huis te verduurzamen.

Slide 12

Slide 12

Leefwereld / collectief Individuen verenigen zich. In een sportvereniging of buurtvereniging om je wijk fijner te maken. Mensen zoeken elkaar op rond een onderwerp en werken samen om invloed en inspraak te hebben op hoe we als collectief samenleven. Het maatschappelijk middenveld, en ook politieke partijen die zich verkiesbaar stellen om het volk te vertegenwoordigen in de democratie.

Slide 13

Slide 13

We zijn rond. De hele kaart ziet er zo uit. Let vooral ook op de momenten dat het van het ene naar het andere kwadrant gaat. Daar gebeuren meestal interessante dingen.

Slide 14

Slide 14

Meestal bij de overheid draait deze cirkel met de klok mee. Collectieve waarde vertalen we naar individuele ervaringen rechts, hopelijk ook waardevol. En als niet, dan kunnen burgers door te stemmen en zich te laten vertegenwoordigen de collectieve waarde beïnvloeden.

Slide 15

Slide 15

Het is een proces dat meestal top down gaat. Kan dat ook anders?

Slide 16

Slide 16

Theorie: wat zijn goede diensten?

Daarvoor wil ik eerst met jullie kijken naar wat goede diensten zijn en hoe je ze maakt. Ik geef jullie een kleine bloemlezing van wat ik tot nu toe ontdekt heb in mijn onderzoek. Wat is volgens jullie een goede dienst?

Slide 17

Slide 17

Ik gebruik de definitie van Lou Downe, voormalig Head of Design bij de Britse overheid. Een dienst helpt iemand om iets te doen. Simpel.

Slide 18

Slide 18

Iets doen betekent een doel hebben. Je kunt doelen op verschillende niveau’s indelen. Ik deed mijn theoretisch onderzoek het eerste jaar vanuit DUO dus ik gebruik ook een aantal DUO voorbeelden. Vaak zijn we als makers van dienstverlening gefocust op een subdoel. Inloggen in het portaal, een formulier invullen, een vordering betalen… Maar dat is eigenlijk geen doel maar een taak. Het doel ligt daarboven. Je logt bijvoorbeeld in (taak) om studiefinanciering aan te vragen (een doe-doel). En je vraagt stufi aan (ook wel een taak dus) om je studie te kunnen betalen (weer een doe-doel). Je uiteindelijke doel, je zijn-doel, is om die studie te volgen en jezelf te ontwikkelen. Dat is de reden dat iemand interactie heeft met je diensten.

Slide 19

Slide 19

In de literatuur wordt er veel gesproken over het creëren van waarde voor de gebruiker via diensten. Hoe je dit kunt doen en wat dit betekent voor hoe je organisatie functioneert zijn allerlei standaarden voor. Die waardecreatie kan soms best vaag zijn. Wat wordt daarmee bedoeld? Ik gebruik weer een voorbeeld van DUO.

Slide 20

Slide 20

Om die waarde in de klas, dat jongeren iets van zichzelf kunnen maken, te realiseren, hebben we… goede docenten nodig, lesmateriaal, een veilige en comfortabele school, dat je prestaties ook gevalideerd kunnen worden, etc. Daar zijn allemaal verschillende partijen voor aan zet.

Slide 21

Slide 21

En om een van die zaken te regelen, heb je weer andere diensten nodig. Zo gaat het door. Dus bijvoorbeeld… een team van DUO bouwt de koppeling waarmee scholen hun leerlingenadministratie kunnen uitwisselen met DUO zodat DUO de bekostiging kan berekenen, dat telt zo door naar die uiteindelijke, overkoepelende waarde. Daar zijn alle diensten en producten op gericht. En dat gebeurt vaak in bulk, in enorme processen voor heel Nederland. Bij DUO, maar ook in het sociale domein, de AOW, of de Toeslagen, vergunningen voor parkeren in de stad, noem het maar. We zijn allemaal schakeltjes in dat grote waarde-creatie.

Slide 22

Slide 22

Niet alleen organisaties maar ook de applicaties en processen die we maken en bedenken kunnen deel zijn van de diensten. Wij denken vaak in bulk, maar het unieke van dienstverlening is juist dat de gebruiker van die dienst dat altijd als persoonlijk ervaart. Bijvoorbeeld een klassieke dienst, een hotelbezoek. Ook al zijn de croissantjes, de hotelkamers en de locatie van het hotel identiek voor alle bezoekers, je kunt het bezoek heel anders ervaren of je voor je werk ergens overnacht of een weekendje weg bent met je lief.

Slide 23

Slide 23

Dilemma

Want er is een dilemma: iedereen is anders. Voor de overheid zijn diensten bulk, maar voor de burger is het per definitie een maatwerk ervaring, ook wanneer het geen maatwerk is. De literatuur over dienstverlening omarmt dit ook: iedereen ervaart een dienst op zijn eigen manier. Daarom staat de ervaring van gebruikers zo centraal als het gaat om het mensgericht ontwerpen van diensten.

Slide 24

Slide 24

En die burgers die met ons te maken hebben… Ja, die ervaren nogal wat met overheidsdiensten. Dit is een tekening van een student en z’n studieschuld. En als ik die bij DUO laat zien roept die best wat moeilijke reacties op. Jullie herkennen deze dynamiek denk ik allemaal in je eigen praktijk. Voeren we ‘slechts’ de wet uit, in dat geval het leenstelsel, of maken we diensten waar burgers waarde mee kunnen creëren? En wat voor waarde is dat dan? Hoe ervaren jullie dit in jullie praktijk?

Slide 25

Slide 25

Dus: hoe maak je goede diensten?

Slide 26

Slide 26

Ja, door een mensgericht ontwerpproces toe te passen waarbij je gebruikers betrekt. Hoe je dat doet, daar zijn ook weer allerlei standaarden voor.

Slide 27

Slide 27

Mensgericht ontwerpen

Om mensgericht te ontwerpen kijk je door 4 lenzen. Je kijkt of je oplossing wenselijk en bruikbaar is voor de gebruiker. Een oplossing moet uiteraard haalbaar zijn voor organisaties, en ook maakbaar. En het moet verantwoord zijn. Het startpunt is de blauwe lens: is een oplossing wenselijk voor de burger?

Slide 28

Slide 28

Hoe ziet zo’n mensgericht ontwerpproces eruit? Nou zo. Eerst ontdek je de juiste uitdaging door te vragen en te luisteren. Begin bij de gebruikers, maar daarna ook zeker bij de vertegenwoordigers van alle 4 lenzen. En vervolgens maak je de juiste oplossing en valideer je opnieuw bij gebruikers en andere stakeholders.

Slide 29

Slide 29

Dat is de theorie. De praktijk is vaak anders. We zijn heel goed in oplossingen maken, in bouwen, maar minder goed in de eerste ruit. Een bekende ontwerpuitspraak is ‘Maak het goede, en maak het goed’. We kunnen goed maken, maar maken helaas niet altijd het goede vanuit het perspectief van de gebruiker.

Slide 30

Slide 30

Overheidsdynamiek

In mijn eerste artikel in mijn promotietraject analyseerde ik mijn eigen praktijk die ik de afgelopen 8 jaar heb gedocumenteerd op mijn blog. Ik leerde dat het toepassen van mensgericht ontwerpen heel weerbarstig in de dynamiek van de overheid. Op mijn blog kunnen jullie een samenvatting van deze eerste resultaten vinden.

Slide 31

Slide 31

Hoe dan wel? De standaarden zeggen: organiseer jezelf van buiten naar binnen.

Slide 32

Slide 32

Twee buitenkanten

Maar de overheid heeft 2 buitenkanten. De collectieve kant, met een democratische uitwisseling. En een individuele kant, in de dienstverlening naar burgers.

Slide 33

Slide 33

Het vraagt een andere aanpak. Waarbij beleid niet top down wordt uitgevoerd, maar waarbij we die beide buitenkanten kunnen verenigen in een mensgerichte ontwerp aanpak.

Slide 34

Slide 34

Ik ben nog een beetje aan het experimenteren met de naam, maar laten we het ‘full circle mensgericht ontwerpen bij de overheid’ noemen. We beginnen vanuit de leefwereld, zowel collectief als individueel, om zowel beleid als diensten mensgericht te ontwerpen.

Slide 35

Slide 35

De praktijk: bij het programma Clustering Rijksincasso

Deze werkwijze wil ik in de praktijk onderzoeken, en wel bij jullie. Bij het programma Clustering Rijksincasso.

Slide 36

Slide 36

Ik ben zo vrij geweest om mijn tijdlijn aan te passen met een soort artist impression van het programma.

Slide 37

Slide 37

CRI als casus, waarom?

De reden dat ik CRI als praktijk wil volgen heeft meerdere redenen:

  1. Jullie herontwerpen een overheidsdienst: je schuld(en) aflossen.
  2. Deze dienst wordt door meerdere organisaties geleverd (service bundling).
  3. Deze dienst is in het sociale domein en is typisch voor een nationale semi-gedigitaliseerde overheidsdienst.
  4. Er is ruimte om bestaande structuren, rollen en processen (en organisaties) aan te passen.
  5. De dienst wordt herontworpen op basis van mensgerichte ontwerpprincipes (of daar is ruimte voor).

Slide 38

Slide 38

  1. Ik mag als actie onderzoeker meedoen.
  2. Jullie gaan ‘full circle’: maatschappij, politiek, beleid, uitvoering en burger zijn betrokken.
  3. Er is organisatorische en politieke wil voor verandering.
  4. Jullie steunen en doen mee in een open aanpak.
  5. Er is financiering voor de casus.

Slide 39

Slide 39

Kortom: wat doen jullie, en wat kunnen we daarvan leren?

Slide 40

Slide 40

Aanpak: actie onderzoek

Ik doe mijn onderzoek als actieonderzoeker. Dat is een vorm van etnografisch onderzoek waarbij je je eigen invloed op je onderzoekscontext omarmt. Sterker nog: je zet het heel bewust in. Je werkt samen met participanten en werkt samen aan de verandering. In ons geval: het herontwerpen van de dienst.

Slide 41

Slide 41

Ik doe niet gewoon actie onderzoek, ik hanteer ook nog eens een open aanpak. Sommigen van jullie kennen mijn blog misschien, ik schrijf over de aanpak en de resultaten. Dat is bijzonder in een overheidssetting. Het versterkt het reflexieve karakter van het onderzoek enorm. Wat de impact hiervan is wil ik ook onderzoeken in mijn promotietraject.

Slide 42

Slide 42

Tijdlijn

Hoe ziet de komende tijd eruit en wat kunnen jullie verwachten? In februari begon ik bij het programma CRI. Deze zomer ga ik de eerste dataset van observaties en interviews analyseren. Na de zomer, hopelijk vlak voor het bestuurlijk overleg van CRI kunnen we de eerste inzichten bespreken. Op basis daarvan kijk ik samen met het kernteam van CRI wat we hiervan leren en wat dit betekent voor de onderzoeksaanpak in het najaar en wat ik kan betekenen voor het programma. Zoals ik het nu voor me zie, loopt dat ongeveer tot volgend jaar voorjaar. Dan wil ik de eerste resultaten van dit praktijkonderzoek opschrijven in een artikel voor een wetenschappelijk tijdschrift.

Slide 43

Slide 43

En mijn onderzoek vervolgen bij een andere organisatie. Ik wil bij hetzelfde onderwerp blijven, maar dan nog verder inzoomen op 1 organisatie. Door van perspectief te wisselen hoop ik dan weer nieuwe verdiepende inzichten te leren over hoe we diensten kunnen maken die goed zijn voor mensen.

Slide 44

Slide 44

Verder lezen?

Als jullie denken ‘nou, ik zou zelf ook wel wat meer willen lezen hierover’, dan zijn hier een paar boekentips.

• Good services van Lou Downe (UK) • Digital transformation at scale van Andrew Gateman (UK) • Hoe makkelijk kun je het maken van Jasper van Kuijk (NL) • Leading public sector innovation van Christian Bason (Denemarken)

En je kunt mijn blog natuurlijk doorspitten.

FIN